jantje moppen
Mop 1: Jantje en zijn vriendje scheppen op. Wat heb jij van de kerstman gekregen? vraagt het vriendje aan Jantje.het mooiste cadeau van de wereld: een trommel, grijst Jantje. Is dat nou zo leuk, een trommel? Poe! Echt wel! roept Jantje want elke maand dat ik er niet op speel krijg ik 100 euro.
Mop 2: Jantje mag per dag maar 1 woord telkens hetzelfde zeggen. Deze dag mag hij alleen maar JA zeggen. Komt hij bij de slager: wil je een plakje worst? Jantje: Ja! Komt hij bij de groenteboer: Wil je een stukje sla? Jantje: Ja! Komt hij bij een boxer: Wil je een blauw oog? Jantje: Ja! Jantje komt thuis met een blauw oog. De volgende dag mag Jantje alleen maar NEE zeggen. Kom hij bij de slager: Wil je een plakje worst? Jantje: Nee! Komt hij bij de groenteboer: Wil je een stukje sla? Jantje: Nee! Komt hij bij de boxer: Wil je het me vergeven? Nee! Komt hij thuis met een blauw hoofd. De volgende dag mag Jantje alleen maar HOERA. Komt hij bij de slager: Wil je een plakje worst? HOERA! Komt hij bij de groenteboer: Wil je een stukje sla? HOERA! Komt hij bij de boxer: Mijn oma is vanacht overleden. Jantje: HOERA! Komt Jantje trug met een blauw lichaam.
Mop 3: Jantje loopt langs het huis van de burgemeester en spuugt tegen het raam. De burgemeester komt boos naar buiten en vraagt: "Wat zou jou moeder ervan vinden als ik bij jullie tegen het raam spuug?" Jantje: "Dat zou ze heel knap vinden, wij wonen op de tiende verdieping!"
Mop 4: Jantje gaat met zijn oma naar de supermarkt. Onderweg ziet Jantje 10 euro liggen, hij wil het oppakken maar oma zegt: nee Jantje, alles wat op de grond ligt is vies. Op de terugweg glijd oma uit over een bananenschil. Oma vraagt aan Jantje: wil je mij even helpen? Jantje antwoord: nee. Want alles wat op de grond ligt is vies.